12/06/2022
Er was eens een kip, die op het erf van de boerderij op zoek was naar wat voedsel.
Plotseling vond zij een paar graankorrels.
"Vrienden", kakelde de kip vol enthousiasme, "laten we deze korrels zaaien, dan kunnen we volgend seizoen brood bakken. Wie helpt mee?"
"Ik niet", zei de koe
"Ik ook niet", zei de eend.
"Ik niet", knorde het varken.
"Mij niet gezien", sprak de gans.
"Wel, dan doe ik het alleen", zei de kip en zaaide vol goede moed. Het graan kwam op en droeg prachtige korrels."Wie helpt me mee oogsten", riep de kip nog vol enthousiasme.
"Ik niet", zei de koe.
"'t Is niet m'n specialiteit", zei de eend.
"Ik ben geen boer", knorde het varken.
"Op mij moet je niet rekenen", zei de gans.
"Wel", sprak de kip, "'t is goed, dan doe ik het wel alleen."
Na de oogst wilde de kip deeg maken. En nog hadden ze het niet geleerd: "Wie helpt me", probeerde ze.
"Ja, ik zal me daar een beetje overuren gaan maken", sprak de koe.
"Ik betaal al belasting genoeg", vond de eend.
"Mijn culturele activiteiten laten me niet toe voor bakker te spelen", zei het varken hoogmoedig.
"Sorry, wij werkmensen moeten solidair zijn", bitste de gans.
De kip haalde zijn schouders op. "'t Is goed", meesmuilde ze. Ik zal het wel alleen doen."
Vijf prachtige broden kwamen uit de oven en de kip toonde met trots de vruchten van haar noeste arbeid. Ze wilden er elk een. "Alles verdelen, dat is toch maar eerlijk", vonden ze. Maar de kip schreeuwde: "Wat! Alles verdelen? Ik eet ze wel alleen op. Ik ... ik heb het helemaal zelf gedaan.
"Vuile kapitalist", loeide de koe.
"Vijand van het volk", snaterde de eend.
"Alle burgers gelijk voor de wet", gilde het varken.
En ook de gans maakte kabaal.
Ze schreeuwden leuzen, maakten spandoeken en gingen manifesteren voor het parlement.
Een vertegenwoordiger van het parlement kwam naar de boerderij en riep de kip op het m***e.
"Wat hoor ik daar, heerschap", sprak de man.
"Houdt gij alles voor u? Een goed burger moet alles delen met iedereen."
"Ja, maar", stamelde de kip, "ik heb alles zelf, helemaal alleen gedaan, met deze twee poten."
"Daarom juist", sprak de man, "dat is nu juist het principe van de democratie en van de economische vrijheid. De wet zegt dat eenieder zoveel mag verdienen wat hij wil, maar dat diegenen die werken moeten delen met degenen die niet werken."
En hier eindigt ons verhaal. Of toch ook weer niet, want na enige tijd vroegen de koe, de eend, het varken en de gans zich af waarom de kip nooit brood meer bakte.
Bron: J. Olde Monnikhof, Waarom de kip geen brood meer bakte.